Verdrag nr. 184 inzake de veiligheid en de gezondheid in de landbouw
De ministerraad keurt een voorontwerp van wet goed rond de instemming met het Verdrag nr. 184 inzake de veiligheid en de gezondheid in de landbouw, vergezeld van aanbeveling nr. 192.
De tekst van het verdrag nr. 184 betreffende de veiligheid en de gezondheid in de landbouw werd aangenomen in de loop van de 89ste zitting van de Internationale Arbeidsconferentie, van 5 juni tot 21 juni 2001. De aanbeveling nr. 192 over de veiligheid en de gezondheid in de landbouw vult het verdrag aan door de bepalingen te vermelden om de regeringen te begeleiden bij de toepassing van het nationaal beleid betreffende de bescherming van de veiligheid en van de gezondheid van de werknemers die tewerkgesteld zijn in de landbouw, en omvat de belangrijkste bepalingen betreffende de zelfstandige landbouwers.
De sector van de landbouw is één van de drie gevaarlijkste sectoren in de wereld, met de mijnbouwnijverheid en de bouwsector. Daarom heeft de Internationale Arbeidsconferentie ervoor gekozen om een verdrag uit te werken met de basisprincipes inzake veiligheid en gezondheid van de werknemers in de landbouw, aangevuld door een aanbeveling. De doelstelling van het verdrag bestaat er trouwens in ongevallen en inbreuken op de gezondheid in verband met het werk te voorkomen door de risico’s in het arbeidsmilieu van de landbouw weg te werken, of te verminderen of te beheersen.
De landbouw behoort nog voornamelijk tot de informele sector, en de landbouwtechnieken variëren sterk, van volledige mechanisering tot methodes die volledig op fysieke arbeid berusten. Bovendien vertoont de landbouw een grote diversiteit van situaties, of het nu om werknemerscategorieën gaat, soorten ondernemingen of de variëteit van machines of gebruikte producten. Deze diversiteit heeft een grote invloed op het niveau van gevoeligheid voor risico en op de manier waarop het voorkomen van ongevallen en ziektes in deze sector wordt benaderd.
De landbouw is een van de gevaarlijkste sectoren, want elk jaar zijn talloze landbouwwerknemers het slachtoffer van gezondheidsproblemen in verband met arbeid, en bovendien vindt de helft van de dodelijke ongevallen plaats in de landbouw. De meest frequente oorzaken zijn het gebruik van machines, werktuigen, dieren ; de blootstelling aan toxische scheikundige producten (pesticiden), aan organische substanties ; de blootstelling aan lawaai en aan trillingen ; het dragen van zware lasten ; de blootstelling aan extreme temperaturen...
In België is, op federaal niveau, de reglementering betreffende de veiligheid en de gezondheid van de werknemers niet specifiek volgens de sectoren maar zij beoogt alle sectoren, zowel openbaar als privé, en alle categorieën werknemers. Deze reglementering is opgenomen in de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers op het werk, alsook in de verschillende uitvoeringsbesluiten ervan.
Deze besluiten beogen specifieke arbeidssituaties en arbeidscategorieën die worden aangetroffen in de landbouwsector. Als voorbeeld kunnen we de koninklijke besluiten aanhalen betreffende het beleid inzake welzijn op het werk, het gebruik van mobiele en niet-mobiele arbeidsuitrusting, het manueel hanteren van lasten, de bescherming van jongeren op het werk,…alsook de reglementering betreffende het op de markt brengen en het gebruik van onder andere landbouwpesticiden dat behoort tot de FOD Volksgezondheid, en de reglementering betreffende het op de markt brengen van machines die behoort tot de bevoegdheid van de FOD Economie en Mobiliteit. De bestaande risico’s in de landbouwsector die te wijten zijn aan de diversiteit van de arbeidssituaties, van de gebruikte machines of van de producten worden ruimschoots in rekening genomen in onze reglementering teneinde deze te voorkomen, en de veiligheid en gezondheid van de werknemers te beschermen.
Hoewel sommige materies, zoals de verwerking en de verwijdering van scheikundig afval, onder de bevoegdheid van de Gewesten vallen, is België in staat om het verdrag nr. 184 te bekrachtigen.