Sociale bijdragen voor zelfstandigen grondig hervormd vanaf 1 januari
Vanaf 1 januari 2015 zullen de sociale bijdragen voor zelfstandigen op een andere manier berekend worden. Momenteel moeten zelfstandigen elk kwartaal bijdragen betalen die gebaseerd zijn op hun inkomsten van 3 jaar geleden. Vanaf 2015 kunnen zij bijdragen betalen op basis van hun actuele inkomsten.
De bijdragen zullen nog steeds per kwartaal geïnd worden. Het sociaalverzekeringsfonds zal telkens een voorlopige bijdrage voorstellen die gebaseerd is op de geïndexeerde inkomsten van 3 jaar geleden. Als een zelfstandige meer verdient dan 3 jaar geleden, kan hij of zij er voor kiezen om een hoger bedrag te betalen. Omgekeerd, als de inkomsten zijn gedaald tegenover 3 jaar geleden, kan hij of zij – mits toestemming van het sociaalverzekeringsfonds – een lager bedrag betalen. De aanpassing van het bedrag gebeurt binnen bepaalde grenzen en is afhankelijk van enkele voorwaarden.
Van zodra de fiscale administratie weet heeft van de definitieve beroepsinkomsten van het bijdragejaar, zal het sociaalverzekeringsfonds een eindafrekening van de sociale bijdragen maken. Heeft de zelfstandige te veel bijdragen betaald, dan krijgt hij het te veel betaalde terug. Had hij te weinig betaald, dan moet hij nog bijbetalen en kunnen eventueel verhogingen verschuldigd zijn.
Een concreet voorbeeld:
Een zelfstandige in hoofdberoep heeft gewoonlijk ongeveer 20.000 euro inkomsten. Zijn sociaalverzekeringsfonds vraagt hem een kwartaalbijdrage te betalen van 1.100 euro, of 4.400 euro op jaarbasis. Deze bijdrage is berekend op basis van de laatste inkomsten waarvan het sociaalverzekeringsfonds kennis heeft.
In de loop van het jaar stelt de zelfstandige vast dat zijn activiteit inkomsten zal opleveren die 50% hoger liggen. Hij kan ervoor kiezen om een extra betaling uit te voeren van 2.200 euro (het dubbele van wat werd voorgesteld). Zo vermijdt hij dat hij dit bedrag zal moeten betalen op het moment van de eindafrekening. Fiscaal wordt dit bedrag van 2.200 euro rechtstreeks afgetrokken van zijn inkomsten van het jaar.
Als hij na een hospitalisatie, het verlies van een klant of een crisis in de sector in de loop van het jaar vaststelt dat zijn inkomsten duidelijk lager liggen (bijvoorbeeld lager dan 13.000 euro), kan hij tot een akkoord komen met zijn sociaalverzekeringsfonds. Zijn kwartaalbijdragen kunnen dan teruggebracht worden tot de minimumbijdrage van 700 euro per kwartaal. Bij de eindafrekening gaat het sociaalverzekeringsfonds definitief na of deze verminderde bijdragen voldoende waren.
Het nieuwe systeem biedt zelfstandigen de zekerheid dat zij bijdragen betalen die in verhouding staan tot hun inkomsten. De nieuwe berekeningswijze heeft bovendien geen impact op het budget voor de sociale zekerheid van de zelfstandigen.
De uitgebreide informatie over de hervorming kan je terugvinden op http://www.bijdragenhervorming2015.belgium.be.
Zelfstandigen die vragen hebben over hun specifieke situatie, kunnen contact opnemen met hun sociaalverzekeringsfonds.