Maatregelen ten voordele van het personeel van bepaalde sociale en gezondheidsinrichtingen
Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, heeft de Ministerraad twee ontwerpen van koninklijk besluit (*) goedgekeurd betreffende het personeel van bepaalde sociale en gezondheidsinrichtingen.
Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, heeft de Ministerraad twee ontwerpen van koninklijk besluit (*) goedgekeurd betreffende het personeel van bepaalde sociale en gezondheidsinrichtingen.
Het eerste ontwerp wil het toepassingsgebied inzake de vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan, voorzien voor de federale gezondheidssector, uitbreiden tot het Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, de medisch-pediatrische centra en de wijkgezondheidscentra. Het tweede ontwerp betreft de betaling van loonsverhoging door de loonharmonisering voor het verzorgend personeel en het administratief, technisch en werkliedenpersoneel, tewerkgesteld in de rustoorden, de rust- en verzorgingsinstellingen en de daginstellingen. De driemaandelijkse betaling van deze verhoging zal gebeuren in de maand na het verstrijken van het kwartaal. (*) - Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 59 van de programmawet van 2 januari 2001 betreffende de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan in de wijkgezondheidscentra, de medisch-pediatrische centra en in het Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oud-strijders en Oorlogsslachtoffers. - Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluitvan 1 oktober 2002 tot uitvoering van artikel 57 en 59 van de programmawet van 2 januari 2001 betreffende de harmonisering van de barema's en de baremaverhoging in bepaalde gezondheidsinrichtingen.