19 sep 2013 09:46

Minimissverkiezingen: hyperseksualisering en arbeid van kinderen

Brussel, 19 september 2013 – De Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen zijn advies, nr. 136, over minimissverkiezingen (schoonheidswedstrijden waar jonge meisjes of adolescenten aan deelnemen en waarbij ze geschminkt en gekleed worden als volwassenen), veroordeelt hyperseksualisering van kinderen en vraagt de benoeming van de leden van de adviesraad aangaande kinderarbeid.
 

Dit advies benadrukt dat kinderarbeid een actueel fenomeen blijft dat zich kan voordoen in verschillende vormen waarover men niet noodzakelijk veel spreekt. In België zijn er strenge regels van toepassing op de kinderarbeid (art. 7.1 tot 7.14 van de wet van 16 maart 1971 over de arbeid). Het principe bestaat uit een algemeen verbod om hen arbeid te laten verrichten, maar afwijkingen zijn mogelijk. Hierdoor, en op voorstel van zijn Vaste Commissie Arbeid, verzoekt de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen in zijn advies aan de bevoegde instanties om onderstaande aanbevelingen op te volgen.

Adviesraad aangaande kinderarbeid is onbestaand
Ingevoegd bij de wet van 8 mei 1992, bepaalt het artikel 7.7, §3 van de wet van 16 maart 1971 over de arbeid dat “er een adviesraad aangaande kinderarbeid gecreëerd wordt door de Minister van werk”. 21 jaar later, werden de leden van deze Raad echter nooit aangewezen. Toch zou dit orgaan zeer nuttig zijn bij het aanpakken van een ernstig, maar ongekend, maatschappelijk probleem. De Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen vraagt dus dat deze adviesraad aangaande kinderarbeid zonder vertraging wordt samengesteld.

Een verontrustende hyperseksualisering van kinderen
De hyperseksualisering van kinderen is een probleem dat steeds groter wordt in onze maatschappij. Mini missverkiezingen zouden hier een belangrijke oorzaak van zijn. Dit fenomeen zou vanaf een zeer jonge leeftijd kunnen leiden tot een versterking van de stereotype beelden over mannen en vrouwen, waarbij ook het seksisme de kop opsteekt. Bij deze verkiezingen worden de kinderen beoordeeld op bepaalde volledig subjectieve criteria zoals de elegantie, de glimlach of de kleding. Hoewel de organisatoren van dit soort wedstrijden verklaren dat voor de kinderen, de beoordeling zich voornamelijk baseert op de persoonlijkheid, lijkt de waarde van de mini miss voor een deel nog steeds af te hangen van het uiterlijk van het kind.

Richtlijnen toepassen
Het is belangrijk dat de arbeidsinspectie (Toezicht op de sociale wetten) beschikt over zeer concrete richtlijnen om de algemene verbodsregel te kunnen interpreteren en om uitzonderingen, geval per geval, toe te kunnen staan. Men mag niet vertrekken van het idee dat wanneer een bepaalde categorie van uitzonderingen (bijvoorbeeld “podiumactiviteiten”) opgenomen werd in de wet, deze categorie, per definitie, niet resulteert in een overtreding van de algemene verbodsregel op kinderarbeid: men moet zeker ook rekening houden met de mentale zwaarte van het werk om te kunnen oordelen of een kind in staat is deze arbeid uit te voeren. Het is voornamelijk in het kader van het uitwerken van dergelijke richtlijnen dat de afwezigheid van de adviesraad aangaande kinderarbeid spijtig lijkt te zijn.

Meer informatie:
Het advies nr. 136 is beschikbaar op de website van de Raad: www.raadvandegelijkekansen.be

Contact:
Gwen Herkes (NL)
02/233.41.76 of gwen.herkes@igvm.belgie.be
Françoise Goffinet (FR)
02/233.41.95 of francoise.goffinet@iefh.belgique.be

 

Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen neemt dagelijks het secretariaat van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen, het Bureau en de Commissies waar. Maar het voert ook verschillende onderzoeksactiviteiten uit, alsook studies voorafgaand aan het opstellen van adviezen en aanbevelingen. Het organiseert ook de studiedagen van de Raad en verspreidt de informatie en documentatie die de Raad genereert.