Bijkomende heffing van 4% op roerende inkomsten: inhouding aan de bron
De aangifte- en betalingsmodaliteiten voor de nieuwe bijkomende heffing van 4% op roerende inkomsten, die ingehouden wordt aan de bron, zijn gekend.
Aansluitend op het persbericht van 23 februari 2012 zijn de modaliteiten van aangifte en betaling van de bijkomende heffing van 4% op roerende inkomsten die aan de bron wordt ingehouden, momenteel gekend.
De aangifte moet gebeuren met een specifiek aangifteformulier (273 C – Aangifte van de bijkomende heffing op roerende inkomsten). Die aangifte kan worden gedownload van de portaalsite van de FOD Financiën / Administraties / Fiscaliteit / Gemeenschappelijke informatie / Formulieren. Ze is eveneens beschikbaar op FINFORM.
Binnenkort zal de indiening van de aangifte ook elektronisch mogelijk zijn via de toepassing RV-on-web.
Ondertussen kan de aangifte enkel op papier worden ingediend en verstuurd aan één van de vier diensten die op de aangifte (blz. 2) zijn vermeld.
De betaling van de heffing moet worden uitgevoerd op volgend rekeningnummer (geldig voor gans het land):
BE79 6792 0022 1033
PCHQ BE BB
Inningscentrum Roerende Voorheffing
Koning Albert II-laan 33 bus 42
1030 Brussel
De aangifte en de betaling van de aan de bron ingehouden heffing moeten gebeuren binnen de 15 kalenderdagen na de toekenning of betaalbaarstelling van de inkomsten.
Rekening houdend met het feit dat de praktische modaliteiten betreffende de inhouding aan de bron en de betaling van deze nieuwe heffing nu pas bekend zijn, zullen nalatigheidsinteresten, in voorkomend geval, pas verschuldigd zijn vanaf 1 juni 2012, voor wat de inkomsten betreft die zijn toegekend of betaalbaar gesteld tussen 1 januari 2012 en 15 mei 2012.