Dubbele belasting
Op voorstel van de heer Louis Michel, Minister van Buitenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden, tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (*).
Op voorstel van de heer Louis Michel, Minister van Buitenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed houdende instemming met het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden, tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (*).
Het Protocol van dit Verdrag voorziet uitdrukkelijk dat beroepsinkomsten die in Nederland belast zijn en die in België vrijgesteld zijn van belasting (**) desalniettemin in aanmerking genomen mogen worden voor het bepalen van de aanvullende belastingen, die door de Belgische gemeenten en agglomeraties worden vastgesteld, in die zin dat die aanvullende belastingen mogen worden berekend op de belasting, die in België zou verschuldigd zijn in het geval bedoelde beroepsinkomsten uit Belgische bronnen werden verkregen (***). Ter herinnering: Op 5 juni 2001 vond te Luxemburg de ondertekening plaats van het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en de daarbijhorende Protocollen I en II en briefwisseling. (*) en de Protocollen I en II en de briefwisseling, ondertekend te Luxemburg op 5 juni 2001. (**) volgens artikel 23, paragraaf 1, subparagraaf a) van het genoemde Verdrag. (***) Om aan deze bepaling uitvoering te kunnen geven is het nodig in een afwijking te voorzien op de bepalingen van Titel VIII van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 met betrekking tot de toekenningen aan de provincies, de agglomeraties en de gemeenten, en met name op de bepaling van artikel 466 van dat Wetboek. Anderzijds, voorziet het erin dat de bepalingen van artikel 244 bis WIB 92 van toepassing zijn op inwoners van Nederland die aanspraak hebben op het afwijkende stelsel waarin de bepaling van artikel 26, paragraaf 2, van het Belgisch-Nederlandse dubbelbelastingsverdrag van 5 juni 2001 voorziet. De bepalingen van artikel 244 bis WIB 92 hebben tot doel te vermijden dat gehuwde niet-inwoners voordeliger behandeld zouden worden dan gehuwde rijksinwoners.