Erkenning van de traditie van reuzen en draken als immaterieel werelderfgoed

Minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht is bijzonder verheugd over de erkenning van de traditie van reuzen en draken als immaterieel werelderfgoed. Voor de Unesco is deze traditie - die vooral in Vlaanderen, Brussel en Wallonië leeft - uitgegroeid tot een belangrijk symbool voor de identiteit van deze gemeenschappen.

Brussel, 25/11/2005. Minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht is bijzonder verheugd over de erkenning van de traditie van reuzen en draken als immaterieel werelderfgoed. Voor de Unesco is deze traditie - die vooral in Vlaanderen, Brussel en Wallonië leeft - uitgegroeid tot een belangrijk symbool voor de identiteit van deze gemeenschappen. Voor de vijf Belgische steden die betrokken zijn - Dendermonde, Mechelen, Ath, Bergen en Brussel - is de erkenning als meesterwerk van het mondelinge en immateriële werelderfgoed een belangrijke opsteker. "De stoeten hebben een eeuwenoude traditie en brengen ook nu nog iedere keer weer duizenden mensen aan het feesten," aldus minister De Gucht, "De blijk van erkenning door de Unesco zal ongetwijfeld bijdragen aan hun prestige en de toekomst van deze typisch volkse tradities veiligstellen. Daarom heeft Buitenlandse Zaken, samen met de Gemeenschappen, dit dossier ingediend en er hard aan gewerkt om het zo goed mogelijk te verdedigen, en met succes."