Handvest van de sociaal verzekerde
Wijzigingen van het handvest van de sociaal verzekerde in de drie belangrijkste pensioenregelingen
Wijzigingen van het handvest van de sociaal verzekerde in de drie belangrijkste pensioenregelingen
De ministerraad keurde een ontwerp van koninklijk besluit goed dat minister van Pensioenen Bruno Tobback en minister van Middenstand Sabine Laruelle voorlegden en dat sommige bepalingen uitvoert van de wet van 11 april 1995. Die wet voert het handvest van de sociaal verzekerde in. Het ontwerp groepeert de wijzigingen in de drie belangrijkste pensioenregelingen (werknemers, zelfstandigen en openbare sector), zonder te raken aan de eigenheid van elk stelsel. Drie verschillende situaties van gelijktijdig onderzoek van de pensioenrechten kunnen zich voordoen: - de polyvalentie van de aanvragen: wanneer één zelfde aanvraag ingediend bij een instelling bevoegd voor de pensioenregeling uitwerking heeft in één of meerdere andere pensioenregelingen die ook bevoegd zijn om een pensioen toe te kennen; - de validatie van een aanvraag: wanneer men in een bevoegde pensioenregeling gevolg geeft aan een aanvraag die ingediend werd in een regeling die niet bevoegd is om het gevraagde pensioen toe te kennen; - het ambtshalve onderzoek: waneer de rechten van een sociaal verzekerde automatisch onderzocht worden zonder dat hij daartoe een aanvraag moet indienen. Het ontwerp bepaalt dat bij de hypothesen van polyvalentie, validatie en ambtshalve onderzoek alle regelingen waarin men rechten kan openen over die rechten beslissen. In geval van polyvalentie van de aanvraag hebben alle beslissingen uitwerking op de datum waarop de beslissing over de aanvraag uitwerking heeft. In geval van validatie heeft de aanvraag uitwerking op de datum waarop de bevoegde instelling die ontving. Als het ambtshalve onderzoek een tweede ambtshalve onderzoek in een andere regeling tot gevolg heeft, dan heeft het tweede ambtshalve onderzoek uitwerking op dezelfde datum als het eerste.